Nieuwe leidraad NVAB ‘Casemanagement bij ziekteverzuim’
6 november 2019 I Klaas van der Galiën, directeur Track Software
Onze verzuimsoftware moet altijd up-to-date zijn. Geen richtlijn, vonnis of leidraad mag ik ongelezen bij het oud papier leggen – waar ik toegegeven soms wel zin in heb. Vorige week heeft de NVAB een nieuwe versie van de ‘Leidraad Casemanagement’ gepubliceerd. Wat staat er in?
De leidraad wil duidelijkheid scheppen in spelregels die gelden voor de samenwerking tussen bedrijfsarts en casemanager. Want wie is er dan eigenlijk verantwoordelijk voor wat? Onder welke voorwaarden mag een casemanager toegang hebben tot het medisch dossier? Mag een casemanager taken uitvoeren voor zowel de bedrijfsarts als de werkgever?
4 smaken casemanagers
Casemanagers zijn er in vele soorten en smaken. Denk aan een verzuimmanager, POB-er, re-integratieconsulent, coach, etc. Deze leidraad deelt ze in vier typen in:
- casemanagers die betrokken zijn bij de medische verzuimbegeleiding;
- casemanagers die betrokken zijn als procesbegeleider voor de arts;
- casemanagers die betrokken zijn als procesbegeleider voor de werkgever;
- casemanagers die een rol spelen bij de re-integratie spoor 1 of spoor 2.
De eerste smaak casemanagers komen we in de praktijk tegen met aanduidingen als ‘praktijkondersteuner’ of ‘arbo verpleegkundige’. Ze werken in taakdelegatie onder verantwoordelijkheid van de bedrijfsarts. En mogen daarom als zijn assistent voor hem medische gegevens inwinnen en verwerken. En voor zover nodig toegang hebben tot zijn dossier.
De tweede soort casemanagers bewaken administratieve taken en termijnen voor de arts. Bijvoorbeeld de termijnbewaking volgens de richtlijnen bij psychisch verzuim of arbeidsconflict. Deze soort heeft zeer beperkt toegang tot medische gegevens – zoals een verzuimoorzaak.
De derde soort is de ‘casemanager Poortwachter’, de verzuimregisseur. Deze bewaakt of de werkgever, werknemer en bedrijfsarts binnen de verplichte termijnen de juiste acties ondernemen. Zij bewaakt bijvoorbeeld dat op tijd een plan van aanpak wordt opgesteld en geëvalueerd en dat termijnen en afspraken daarvan correct worden nagekomen.
De vierde soort tenslotte heeft taken als het coachen van leidinggevenden of het begeleiden van werknemers bij hun werkhervatting in spoor 1 of 2.
Wie ben ik?
Als u als casemanager werkt, is het dus de vraag: wie ben ik? Meerdere antwoorden zijn mogelijk; het één sluit het ander niet uit. En al naar gelang het antwoord
– a. mag u wél of niet toegang hebben tot (uw deel van) het medische dossier
– b. zit u goed of bent u fout bezig.
Bij voorbeeld. Als u – ‘type 1’ – betrokken bent bij de medische verzuimbegeleiding, dan mag u toegang hebben tot medische gegevens. U werkt dan in taakdelegatie als zijn assistent onder verantwoordelijkheid van de arts. Maar… u mag dan daarnaast geen taken uitvoeren die horen bij de rol van de casemanager type 3 of 4, dus bijvoorbeeld taken uitvoeren die betrekking hebben op de begeleiding en re-integratie van de zieke werknemer. Want dan zit u fout. “Wanneer de casemanager procesbegeleidende taken doet of werkt in opdracht van een ander dan de bedrijfsarts, mag deze geen medische gegevens inzien of verwerken.” staat te lezen op pagina 16 van deze leidraad.
De praktijk
In de praktijk gaat het kennelijk nog wel eens mis omdat samenwerkingsvormen en de rol van de casemanager niet duidelijk is besproken en begrensd. De leidraad bevat handreikingen om deze situaties te verbeteren.